De maatregelen van het regeerakkoord 2017 pakken niet voor iedereen hetzelfde uit. Veel hangt immers af van uw persoonlijke situatie. De Rijksoverheid heeft een rekentool online gezet. Als u die invult, krijgt u een globaal overzicht van maatregelen die voor u gaan gelden. Wilt u weten wat er voor u gaat veranderen?
De stijging van de AOW-leeftijd naar 67 jaar in 2021 is bij veel mensen wel bekend. Maar weet u dat vanaf 2022 de AOW-leeftijd meestijgt met de levensverwachting? Houdt u daar voldoende rekening mee voor uzelf en uw medewerkers? Wat is eigenlijk uw verwachte AOW-leeftijd?
Het ontslagrecht wordt iets versoepeld. Een rechter mag straks problemen in de arbeidsrelatie toetsen op basis van een combinatie van meerdere ontslaggronden. Nu dient een ontslaggrond, bijvoorbeeld disfunctioneren, op zichzelf voldoende reden op te leveren voor ontslag. De transitievergoeding gaat vanaf de eerste werkdag gelden: elk jaar bij een werkgever levert een derde maandsalaris transitievergoeding op. Naast deze vergoeding kan de rechter, als daar reden voor is, maximaal de helft als extra vergoeding opleggen.
Er komt een nieuwe regeling. Als een zzp-er tegen een laag tarief bij een opdrachtgever ofwel langer dan drie maanden werkt ofwel reguliere bedrijfsactiviteiten verricht, geldt dat als arbeidsovereenkomst. Wat is een laag tarief? Dat wordt nog vastgesteld op basis van 125 procent van het wettelijk minimumloon of de laagste cao-schalen. Waarschijnlijk komt het uit op een bedrag tussen de 15 en 18 euro per uur. Wat als uw tarief als zzp-er hoger ligt?
U betaalt straks minder inkomstenbelasting over uw vermogen. Het heffingsvrije vermogen gaat namelijk omhoog naar 30.000 euro per persoon (60.000 euro voor fiscale partners). Bovendien wordt binnen de huidige systematiek (gemiddeld) sneller aangesloten bij het werkelijke rendement. Voor het rendement over het spaargedeelte wordt gerekend met actuelere cijfers, namelijk de gemiddelde spaarrente tussen juli (t-2) en juni (t-1).
Er komen in de inkomstenbelasting twee belastingschijven: een basistarief van 36,94 en een toptarief van 49,5 procent. De algemene heffingskorting en de arbeidskorting gaan omhoog. Daar staat tegenover dat aftrekposten zoals de hypotheekrente en de zelfstandigenaftrek maximaal worden verrekend tegen het basistarief. Voor deze beperktere aftrek van hypotheekrente komt compensatie in de vorm van een verlaging van het eigen woningforfait. Maar als u geen of een beperkte eigen woningschuld hebt, gaat het eigen woningforfait op termijn toch weer gelden. Nu is dat niet zo (Wet Hillen).
Met ingang van 1 januari 2017 is het algemene bijtellingspercentage verlaagd van 25 naar 22 procent. Als de datum eerste tenaamstelling ook maar een dag vóór 1 januari 2017 ligt, blijft de auto in de 25 procentcategorie vallen. Kan dat zomaar? Is dat geen ongerechtvaardigde behandeling van gelijke gevallen? De Vereniging Zakelijke Rijders heeft deze vraag aan een rechtbank voorgelegd. Er is al een uitspraak.
Een werkgever is ook een transitievergoeding verschuldigd als een werknemer na langdurige arbeidsongeschiktheid, met loondoorbetaling van soms meer dan twee jaar, uit dienst gaat. Het gaat om een vergoeding van maximaal € 77.000 in 2017. Soms wordt om die reden de werknemer dan maar inactief in dienst te houden tegen een salaris van nul. Een elegantere oplossing was al voorgesteld, maar is uitgesteld.
Op dit moment kunnen mensen die inkomen of vermogen opzettelijk niet hebben aangegeven, dat binnen twee jaar alsnog doen. Dat kan boetevrij voor zowel belastingen als toeslagen. Deze inkeerregeling gaat, zoals al eerder aangekondigd, per 1 januari vervallen. Wel blijft vrijwillige inkeer een omstandigheid die tot matiging van de op te leggen boete kan leiden. Het Kabinet heeft bij de belastingplannen overgangsrecht aangekondigd.
Het komt voor dat mensen trouwen die geen enkele affectieve relatie hebben, puur vanwege een flinke eenmalige belastingbesparing. Stel persoon A is vermogend, en persoon B niet. Persoon A wil persoon B een flinke schenking doen. Als A en B trouwen in gemeenschap van goederen, en (kort daarna) uit elkaar gaan, komt er vermogen zonder schenkbelasting bij persoon B terecht. Dat wordt nu aangepakt.